Meteen naar de inhoud
Home » Historie Fa. J. de Hooge & Zn

Historie Fa. J. de Hooge & Zn

Rotterdamse periode

Justus de Hooge (geboren 1877 te Rotterdam) vestigt zich omstreeks 1900 (1909?) met een muziekzaak in Rotterdam. De naam van de zaak is dan mogelijk Magazijn Polyphona, aan de Schooterboschstraat 54. Later is er een Muziekhandel Polyphona, gevestigd aan de Hillelaan 42 in beeld. Meer duidelijkheid over beide zaken is vooralsnog niet te verkrijgen (De door ons aangeschreven Kamer van Koophandel in Rotterdam laat weten géén dossier(s) van Polyphona in het Handelsregister te hebben. De Handelsregisterwet en de Wet op de Kamers van Koophandel treedt pas in 1921 werking. Deze wet schrijft voor dat ondernemingen vanaf die tijd moeten worden geregistreerd in het Handelsregister, dat door de KvK wordt beheerd).

Gezien de etalage op onderstaande foto, lijkt er een groot assortiment muziekinstrumenten over de toonbank te gaan. De winkelruit vermeldt “M. Hohner, harmonica’s, accordions” en blijkens het opschrift “Columbia Records” worden ook grammofoonplaten verkocht. Daarnaast worden er grammofoons geleverd en gerepareerd.

Rotterdam, Justus de Hooge met vrouw en kinderen. Ons inziens is dit Muziekhandel Polyphona aan de
Hilleweg 42. Het jongetje rechts is Bram de Hooge (geboren 1906 te Rotterdam). Het jongetje links moet zijn broertje Toon zijn. Op het bordje dat de broertjes vasthouden ontcijferen wij “Gelukkig Nieuwjaar 1913”.
Foto via Johan Hensens (UK)

Eveneens onduidelijk is, of Justus de zaak Polyphona heeft overgedaan aan een nieuwe eigenaar. Hij opent in 1914 *) immers een nieuwe firma (genaamd J. de Hooge) aan het Westeinde 176 in Den Haag. Wij vermoeden dat hij Polyphona overdeed, want aan de hand van een advertentie in het Rotterdamsch Nieuwsblad d.d. 28 juni 1915, staat vast dat Muziekhandel Polyphona in 1915 nog bestond. Of Justus de Hooge in dat jaar nog eigenaar was van Polyphona lijkt ons niet aannemelijk.  

Haagse periode

In 1914 *) vestigt Justus de Hooge zich met een muziekzaak aan het Westeinde 176 in Den Haag, met, heel opmerkelijk, een filiaal in de Noordmolenstraat 47b te Rotterdam. De naam van de nieuwe eenmanszaak in Den Haag is J. de Hooge. De firma J. de Hooge verkoopt op het Westeinde net als eerder in Rotterdam vrijwel alle soorten muziekinstrumenten en verkoopt en repareert ook hier weer o.a. grammofoons. Justus woont met zijn vrouw en kinderen boven de zaak.

Noordmolenstraat, Rotterdam, 1956.

De zaak aan de de Noordmolenstraat in Rotterdam sluit zijn deuren in 1924 en in dat jaar wordt op de Hoefkade 205 in Den Haag een filiaal geopend. In 1925 wordt er een tweede filiaal gevestigd in de Theresiastraat 133 in Den Haag. In 1926 sluit het filiaal in de Theresiastraat en in 1928 wordt ook het filiaal Hoefkade opgeheven. De firma J. de Hooge zetelt sindsdien alleen nog op het Westeinde.

Hoefkade, Den Haag, 1930.
Theresiastraat, Den Haag.

In 1947 komen de zonen Bram en Just officieel in de firma. Justus laat de zaak in praktische zin over aan zijn beide zonen. Er wordt een VOF opgericht: Fa. J. de Hooge & Zonen.
Bram en Just besluiten zich te specialiseren in productie, verkoop en reparatie van algemeen slagwerk, vooralsnog naast de verkoop van reguliere muziekinstrumenten en de verkoop en reparatie van grammofoons. De taken zijn verdeeld; Bram houdt zich hoofdzakelijk bezig met slagwerk en Just neemt de algemene en administratieve kant van het bedrijf voor zijn rekening. Just helpt soms mee in de werkplaats.

De firma J. de Hooge als officiële Columbia-dealer voor verkoop en reparatie van grammofoons in de jaren ’30 van de vorige eeuw. Attentie voor de tekst “Opgericht 1909”. Een verwijzing naar Polyphona te Rotterdam? Foto’s: Piet van Oostveen.

Enkele belangrijke klanten voor slagwerk zijn op dat moment de drumband Klein Maar Dapper, waar al tientallen jaren vele trommels aan worden geleverd en de firma Luijendijk, die met name de aan het Westeinde vervaardigde triangels en tamboerijnen aan scholen afzet.
De firma trekt ook klanten aan die de gebroeders De Hooge weten te vinden voor reparaties aan de Engelse en Amerikaanse drumstellen. Er wordt veel kennis opgedaan en de gebroeders kiezen ervoor om zich voortaan alleen nog te wijden aan slagwerk. De verkoop en reparatie aan grammofoons en de verkoop van algemene muziekinstrumenten wordt daarmee gestaakt.

Een belangrijk moment breekt aan als de firma, mede op advies van de Haagse drummer Tonny Nüsser besluit een naar eigen inzicht geproduceerd drumstel op de markt te zetten en begin jaren ’50 is het eerste exemplaar te koop. Het eerste drumstel met de merknaam Westend, een naam met de onmiskenbare verwijzing naar het Haagse Westeinde, is geboren! 

Oprichter Justus de Hooge overlijdt in 1955. De twee zonen gaan door. In 1956 stapt de weduwe van oprichter Justus, mevrouw De Hooge-Kuipers (uitsluitend in naam), in de VOF. De eerste jaren zijn moeilijk en er worden niet meer dan gemiddeld acht drumstellen per jaar verkocht, hoofdzakelijk aan jazzdrummers. Het is met name Bram de Hooge die met adviezen van Tonny Nüsser en Louis de Lussanet constant op zoek is naar verbeteringen en dat is terug te zien in details van de modellen die in de loop der jaren het licht zien. Er worden op den duur uitsluitend nog drumstellen gebouwd.
Meer jazzdrummers (w.o. Dutch Swing College Band, New Orleans Syncopeters) en vooral de Haagse Indorockgroepen (w.o. The Fire Devils en The Black Dynamites) ontdekken eind ’50 / begin ’60 de kwaliteit van het merk en de naamsbekendheid van het merk Westend groeit. Elke keer weer worden detailwijzigingen doorgevoerd, op zoek naar het perfecte drumstel. Bram maakt veel zelf, waardoor een drumstel een relatief lange productietijd kent.

Bram (links) en Just in de werkplaats op het Westeinde. De enige foto die wij van de broers in de werkplaats hebben kunnen vinden (Foto: Rhythme, december 1957)

Just treedt in 1960 uit de vennootschap. Mevrouw De Hooge-Kuipers overlijdt in 1970, waarmee de VOF is ontbonden. Bram de Hooge gaat formeel verder als eenmanszaak. De handelsnaam van de firma is echter nooit meer gewijzigd en blijft Fa. J. de Hooge & Zonen.

De jaren ’60 gaan ook aan de firma De Hooge niet onopgemerkt voorbij. De in die tijd grote hoeveelheid beatgroepen die Den Haag rijk is weet vanaf ’62 / ’63 de zaak aan het Westeinde goed te vinden en vele drumstellen vinden hun weg, de meeste in Den Haag of directe omgeving.
Een greep uit de bekende (Haagse) groepen die op Westend spelen: The Golden Earrings, Q65, The Haigs, The Motions, Shocking Blue, René and his Alligators, Andy and the Visitors en The Jumping Jewels.
Opvallend is, dat het merk uitsluitend te koop is aan het Westeinde, er is geen andere muziekzaak te vinden die het merk Westend mag verkopen.
Westend drums worden vrijwel alleen op bestelling gemaakt en Bram heeft nooit meer dan één of twee sets in productie. Dit verklaart ook dat er dikwijls detailverschillen zijn te vinden tussen de ene set en de andere.

Vanaf het midden van de jaren ’60 worden met name uit Japan relatief goedkope drumstellen in grote aantallen op de markt gezet. Merken als Pearl en Tama komen snel op en ook de Europese merken zoals het Duitse Sonor en Trixon, de Engelse merken Premier en Olympic en zelfs het kleine Franse Asba zien in Nederland bevredigende verkoopaantallen.
De grote Amerikaanse merken als Gretsch, Ludwig, Rogers en Slingerland zijn door de sterke dollar nog altijd duur te noemen, maar door de toenemende welvaart zijn ook deze merken binnen handbereik. Ongetwijfeld speelt ook status en mode hier een rol.
Vanaf eind jaren ‘60 daalt de afzet van Westend gestadig. De relatief hoge prijs van dit met de hand vervaardigde merk tegenover de massaal industriëel geproduceerde merken zorgt voor een afnemende omzet.

In het najaar van 1975 (Bram is dan  jaar 69 jaar oud) komt er definitief een einde aan de productie van het merk en zijn er vanaf het begin van de jaren ’50 geschat (!) totaal 300 tot 400 drumsets gebouwd. Per 1 januari 1976 is de firma officiëel ontbonden.

1 januari1976, opgeheven

Door de bouw van het nieuwe ziekenhuis Medisch Centrum Haaglanden aan en achter het Westeinde in het begin van de jaren ’80 moet een groot aantal panden het veld ruimen, waaronder ook het pand van de firma De Hooge. Bram de Hooge verhuist naar de Gedempte Gracht. Anno nu is er op het Westeinde helemaal niets meer zichtbaar dat nog enigszins doet herinneren aan de Fa. J. De Hooge & Zonen of het merk Westend.